Translate

vrijdag 21 oktober 2016

Het vlees is zwak (en behoorlijk authentieke lasagna)


Van de week ontving ik een appje van iemand: "ik heb echt heel onwijs lekker vegetarisch gekookt. Helemaal geslaagd. Maar nu lig ik in mijn bed en kan ik alleen maar aan shoarma denken."

Dat heb ik dus ook. Sinds ik vorige week die ecologische voetdruk van het WNF deed (met een niet al te best resultaat), wil ik eigenlijk alleen maar vlees eten. Heel veel vlees en heel veel kaas. Het is echt vreselijk. Ik heb dus een heerlijke paté van fazant gekocht, geweldige lekkere Parmaham ingeslagen, en twee topkaasjes in huis gehaald.

Maar het wordt erger: ik ben ook nog naar die geel-blauwe winkel geweest om te kijken naar NIEUWE MEUBELS! En vervolgens heb ik daar tot mijn grote schande een volledig niet duurzaam ijsje op basis van vette slagroom uit de automaat gehaald. Om in de juiste terminologie te blijven: mijn vlees is zwak. 

Uit recent onderzoek van de Universiteit Utrecht is gebleken dat dit precies de reden is dat wij (de omnivoren en wereldbol-molesteerders onder ons) vegetariërs en veganisten eigenlijk knetter irritant vinden. Die zijn namelijk wel in staat om uit ideologische overwegingen vlees te mijden (of überhaupt een dierlijk product). "Wij" houden niet van vegetariërs en veganisten, omdat zij benadrukken wij niet sterk genoeg zijn. Omdat zij ons doen inzien, dat "wij" niets over hebben voor een betere wereld. Dat wij dus eigenlijk heel slecht zijn.

Het is echt waar: dit blijkt immers uit wetenschappelijk onderzoek.

De grap is wel dat ik mijzelf helemaal niet herken in deze conclusie. Ik vind het namelijk wel heel erg knap als iemand uit ideologische overwegingen vegetariër of veganist is. Juist omdat het zo moeilijk is als je het zo vreselijk lekker vindt!

Het gros van de vegetariërs dat ik ken vermijdt echter geen vlees of vis vanuit een ideologie of de wens om de wereld een beetje beter te maken. Zij eten dit niet omdat ze het niet lusten. En daar zit geen greintje opoffering bij. Er is zelfs geen enkele lijdensweg. Integendeel! Het is een excuus om te vermijden dat je moet zeggen: "dat lust ik niet". Iets dat ik al kind al niet mocht zeggen, en iets dat je als volwassene natuurlijk al helemaal niet hardop mag uitspreken.

Maar goed: ik schijn een uitzondering te zijn op de regel (het zal weer eens niet). Wij vinden mensen die iets niet lusten blijkbaar beter te verteren (om in de juiste terminologie te blijven) dan mensen die hun best doen om de wereld een beetje beter te maken. Wat zijn we soms toch gek met zijn allen.

Vlak voordat hij de oven ingaat...

Lasagna met vleessaus

Heel veel mensen noemen dit gerecht lasagne, maar ik heb het mijn hele leven lasagna genoemd.
Het is erg lekker om tussen de laagjes pasta ook nog een plakje gekookte ham te leggen (een Italiaanse kokkin die ik goed ken, doet dat altijd). Maar dat leek mij gezien mijn verhaal over duurzaamheid een tikkie over the top. Dit heb ik dus weggelaten (zie je dat ik best bereid ben om te lijden voor het goede doel?).
Let op: de saus moet tenminste twee uur pruttelen.

Wat heb je nodig?


Voor de vleessaus (ook lekker over de pasta):
  • 500 gram rundergehakt
  • 5 ansjovisjes
  • 500 gram passata
  • 1 ui
  • 1 halve winterpeen
  • 1 grote teen knoflook
  • 1 stengel bleekselderij
  • 1 groot glas rode wijn
  • 1/2-1 liter runderbouillon
  • snuf nootmuskaat
Voor de bechamelsaus:

  • 9 dl. melk
  • 50 gram boter
  • 40 gram bloem
  • halve tl. nootmuskaat
  • 2 laurierblaadjes
En verder:

  • verse lasagnavellen
  • 1-2 bollen mozzarella
  • 60 gram Parmezaanse kaas
  • ovenschaal
  • staafmixer of zin om goed te hakken

Hoe maak je het klaar?

  1. Maak eerst de saus. Hak de ui, knoflook, wortel, ansjovis en bleekselderij heel erg fijn. Ik hakte het met de staafmixer. Bak dit aan in wat olie tot het begint te geuren. 
  2. Voeg dan het gehakt toe en de nootmuskaat mee, en bak dit totdat het gehakt gaar is. 
  3. Voeg de wijn, passata en de bouillon toe. Meng goed, en laat dit ongeveer twee uur pruttelen. Check regelmatig of het niet droog kookt. 
  4. Verwarm de oven voor op 180 graden.
  5. Maak de bechamel ongeveer een kwartier voor de vleessaus klaar is, door eerst de boter te smelten en hier de bloem doorheen te mengen. Laat dit even bakken totdat de bloem lichtbruin kleurt. Voeg dan de melk, de laurierblaadjes en de nootmuskaat toe. Meng alles goed zodat je geen klontjes krijgt. Laat de saus koken tot hij dik en romig is. Zet dan het vuur uit.
  6. Schep circa 1/4 van de vleessaus in de ovenschaal, leg hier een pastavel overheen en schep er dan wat bechamel overheen. Herhaal dit en eindig met bechamel. 

  7. Strooi de kazen over de laatste laag bechamel, en zet alles ongeveer 40 minuten in de oven totdat de lasagna goudbruin is en pruttelt. 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten