Als ik één ding heb geleerd in de vier maanden dat ik dit blog heb, dan is het wel dat het schrijven van een recept echt een kunst is. Een kunst die ik duidelijk nog niet helemaal beheers. Want misschien weet ik in de praktijk wel precies hoe ik een gerecht moet klaarmaken, het is toch echt wat anders wanneer je het “op papier” moet zetten. En op zo’n manier dat anderen het ook zonder problemen kunnen namaken.
Ik heb namelijk nogal de neiging om te vergeten dat een ander ….
…. misschien een hele andere manier van koken heeft:
“Anne…?”
“Ja?”
“Een ‘scheutje’ bubbeltjeswater hè…?”
“Ja?”
“Hoeveel centiliter is dat eigenlijk precies?”
“Uhm. Hoeveel centiliter? Tja. Je doet de dop van de fles en schenkt zo een flinke slok in het glas. En dan stop je.”
“Ja. Maar Anne?”
“Ja?”
“Hoeveel centiliter is dat dan?”
…. en misschien andere associaties heeft:
“Anne…?”
“Ja?”
“Wat bedoel je eigenlijk met room?”
“Huh? Wat bedoel ik met room? Nou, gewoon….room….slagroom”
“Ja, maar welke slagroom?”
“Hè? Welke slagroom? Nou gewoon, zo’n pakje. Zo’n vierkant pakje. Of zo’n beker. Gewoon in het schap bij de melk. Waar dacht jij dan aan? Heb je nog meer room dan?”
“Ja, je hebt koksroom, koffieroom, slankroom, crème fraiche, sour cream, opgeklopte room, slagroom met suiker…”
“O ja….”
…en misschien héél anders denkt dan jij verwacht:
“Oh. Parmaham. 50 gram. In een recept van Anne. Dan moet ik waarschijnlijk een dikke plak Parmaham bij de slager halen.” Of
“Oh. Zongedroogde tomaten. In een recept van Anne. Dan moet ik waarschijnlijk die droge uit een zakje nemen.”
….en misschien te laat ontdekt dat je een foutje hebt gemaakt in je receptuur:
“Zo, jij bent een lekkere Anne!”
“Hoe bedoel je?”
“Schrijf je op dat je een lekker snel en eenvoudig toetje voor ons hebt. Koop ik alles in, en blijkt in stap 1 dat ik de gecondenseerde melk twee uur lang moet koken! Ik ben tot half 11 ’s avonds bezig geweest!”
“Oja….Uhm… Sorry?”
Kortom: Er valt voor mij nog veel te leren. Geef het dus vooral aan mij door als ik onduidelijk ben! Dan zal ik mijn leven beteren (en het recept z.s.m. aanpassen).
Goed. Dan krijgen jullie hierbij het (hopelijk foutloze) recept van heerlijke gnocchi [njokki, niet knokkie of chnokkie] met een saus van bruin bier en de heerlijke Italiaanse kaas taleggio. Het is een recept van Luciano Piana uit Padua.
Voor 4 personen:
· 1 kilo semi-kruimige aardappels
· 400 gram bloem
· 1 ei
· 2 glazen bruin bier
· 100 gram taleggio (volgens origineel recept, al vind ik 200 gram lekkerder….)
· Wat Parmezaanse kaas (om de gnocchi te bestrooien)
· Een snufje nootmuskaat (wat je met de toppen van twee vingers vast kunt pakken)
· Zout naar smaak
Was de aardappels en kook ze in de schil gaar. Laat ze even afkoelen en schil ze daarna. Prak de aardappels fijn of pureer ze met een aardappelpers (zie foto).
Meng hier de bloem, de nootmuskaat en het ei doorheen, en kneed dit tot je een stevig en homogeen deeg hebt.
Rol het deeg uit tot dunne rolletjes (ca. 7 mm doorsnede) en snijd hier stukjes van af van ca. 1 cm. Maak met de achterkant van een vork ribbeltjes in elke gnoccho. Bestrooi alle gnocchi met bloem.
Breng water met wat zout aan de kook. En verwarm je ovengrill op ongeveer 180 graden
Laat intussen het bier inkoken totdat je nog ongeveer 1/3 over hebt. Laat vervolgens de taleggio smelten in het bier. Klop de saus totdat deze homogeen is.
Kook de gnocchi. Ze zijn gaar als ze boven komen drijven.
Gooi de gnocchi in het pannetje met de saus. Meng goed en giet de gnocchi vervolgens in een ovenschaal. Bestrooi met de Parmezaanse kaas en gratineer ca. 5 minuten in de oven.