Ik was ooit in een Indisch restaurant waar ik bij de rijsttafel een grote schaal met groene pepers zag. Naast de schaal stond een bordje met grote rode letters: "DIT ZIJN HETE PEPERS. DIT ZIJN GEEN BOONTJES!".
Natuurlijk moest ik even navragen wat de reden voor dit bordje was (alhoewel ik mij hier natuurlijk wel iets bij kon voorstellen. Maar wat is er verkeerd aan een beetje leedvermaak op zijn tijd?) en het verhaal bleek inderdaad behoorlijk pijnlijk te zijn. In de veronderstelling dat zij heerlijke onschuldige groene sperzieboontjes ging eten, had een gast van het restaurant haar hele mond volgepropt met deze bloedhete groene pepers. Úren was men bezig geweest om de vrouw te blussen: met melk, met witte rijst, met suiker. Met alles dat men maar kon verzinnen!
Het was een heftige ervaring geweest. Zowel voor de dame in kwestie als voor het bedienend personeel. Vandaar dat fascinerende bordje met de grote rode letters. Dat overigens een behoorlijke aantrekkingskracht op mij uitoefende. Zou ik het net zo pittig hebben gevonden als de dame in kwestie? Ik durfde het er niet op te wagen.
Ik houd overigens wel van een beetje pittig eten. En dat heb ik niet van een vreemde. Zowel mijn vader als mijn opa kunnen (en konden) erg genieten van een pepertje op zijn tijd. Zo smeerde mijn opa regelmatig een laagje sambal op zijn boterham, en wil mijn vader altijd demonstreren dat zelfs de heetste peper niet heet genoeg voor hem is (alhoewel de rode plekken in zijn nek soms anders doen vermoeden).
Inmiddels weet ik zelf wel dat ik een pittigheidsgrens heb. De Spaanse pepers uit de supermarkt? Daar merk ik meestal weinig van. Maar vergis je niet in de andere pepers die je kunt krijgen tegenwoordig! Zo maakte ik onlangs onderstaand gerechtje met de pepermix van Albert Heijn, en gebruikte ik het heetste pepertje uit de verpakking ("Wat weet die Albert Heijn nou van pittig?").
Nou.... ik kan je vertellen: hij was écht héél heet! Toen ik de peper later op internet checkte, bleek het in 2007 uitgeroepen te zijn tot de heetste peper ter wereld.
De pepermix met naga jolokia: daar had best een bordje met grote rode letters bij mogen staan.
Pittige komkommers in het zuur
Deze komkommers zijn heerlijk scherp en een beetje zoet/zuur. Eet ze bij de lunch of op je boterham. Maak ze wel 1-2 dagen van tevoren. Dan zijn ze het lekkerste.Wat heb je nodig?
- 1/4 naga jolokin of andere pittige peper, in dunne plakjes
- 1/2 liter water
- 2 dl witte wijnazijn
- 1 el. suiker
- 2 tl. zout
- 6 bolletjes piment, gekneusd in de vijzel
- 2 tenen knoflook, in plakjes
- 1 emmertje met snack-komkommers
Hoe maak je het klaar?
- Kook het water en los hierin de suiker en het zout op. Zet het vuur uit en giet de azijn erbij.
- Snijd de komkommertjes in dunne plakjes en leg ze in een schaal.
- Strooi de pepers, knoflook en piment over de komkommers.
- Giet het warme suikerwater over de komkommers en schep alles goed door. De komkommers moeten nét onder het vocht staan.
- Zet de komkommers afgedekt in de koelkast. Proef na een uurtje of de komkommers niet te spicy voor je zijn (ik had een hele naga jolokin gebruikt en heb na een uurtje 3/4 van de peper moeten verwijderden: het was héét!).
- Eet de komkommers binnen 3 dagen op. Maar dat is vast geen probleem.